woensdag 9 april 2014

47. De faalsloof

Er zijn ook dagen in de carrière van de stagiaire dat het even allemaal niet zo lekker loopt. Ik was vandaag extra vroeg op mijn werk, omdat ik mijn kantoorgenootje had beloofd te helpen met een zaak (jaja, ik ben ook nog eens heel solidair) waar zij de dag ervoor niet uitgekomen was. Vol goede moed begon ik met zoeken naar relevante wetgeving, een arrest, nog een arrest, nog meer informatie, ik probeerde zelfs wikipedia, ik nam alle nieuwsarchieven door van X en Y (wat jammer, ik heb een geheimhoudingsverklaring moeten tekenen), ik betrok Z er ook maar bij. Rond een uurtje of 12 waren we nog steeds geen flikker opgeschoten. De wanhoop nabij besloten we onze 'stress' er uit te eten. Gelukkig kwam daar de mededeling dat ik alleen zou komen te zitten. Mijn kamergenoot moet verhuizen naar een ander kantoor, omdat een collega terug komt van zwangerschapsverlof en een eigen kantoor krijgt. Flink gezeur, maar nu zit ik vrijdag wel mooi alleen. Je zou denken dat ze me nu langzamerhand willen wegwerken (ja nu al!). Voordat je het weet moet ik naast het kopieerapparaat plaatsnemen en als ze dat ook niet bevalt, dan moet ik zeker op de gang voor de deur gaan zitten. Ja, ik zie het al helemaal voor me.
Ook na mijn, iets minder leuke, lunchpauze wilde het allemaal niet werken. Je kent het gevoel wel: je hebt informatie, het is op zich wel voldoende, maar in feite beantwoordt het niet de vraag en je hebt continu het gevoel dat er iets mist en dat je iets over het hoofd ziet. Dus toen ik op een gegeven moment zo teleurgesteld was in mijn eigen onderzoeksvaardigheden, heb ik me maar gebogen over een andere opdracht. Dat had ik beter niet kunnen doen, want daar schoot ik al helemaal niet mee op. Resultaat: handen in mijn warrige haar, afgeleid en een onzekerheidscomplex-van-heb-ik-jou-daar. Met mijn kamergenoot ging het er niet veel beter aan toe en rond een uurtje of 6 was ik er wel klaar mee. Ik heb haar op het hart gedrukt dat het heus niet zo erg is om een keertje wat minder productief te zijn (ik had gewild dat ik dit ook tegen mezelf had kunnen zeggen) en dat falen iets  heel menselijk is. Ze begon te lachen en stelde me gerust dat ze "zo ook wel weg zou gaan". Inmiddels is het bijna 7 uur en ik durf te wedden dat zij er nog steeds zit.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten